Mexicaans stoofpotje

Ingrediënten (voor 4 personen):

• 600/700 gram riblappen
• 1 teentje knoflook
• 1 rode peper
• 2 paprika’s
• 250 gram doperwten (diepvries)
• 1 blikje maiskorrels
• 4 tot 6 aardappelen
• 4 vleestomaten
• 3 uien
• peterselie
• peper en zout
• boter

Bereiding:

1. Snijd het vlees in kleins stukken en kruid deze met peper en zout. Bak in een braadpan het vlees in de boter en voeg wanneer het vlees bruin is, de gesnipperde ui en knoflook toe.
2. Doe een flinke scheut water in de pan, snijd het groen van de peper en leg deze in het geheel in de pan. Draai het vuur laag en laat dit geheel minimaal één uur stoven.
3. Snijd de paprika is grove stukken en snijdt de aardappelen in vieren. Voeg dit bij het vlees, roer goed door en laat dit weer een half uur stoven.
4. Kijk wel even of er nog genoeg vocht in de pan aanwezig is. Zo niet kan je nog een scheut water toevoegen.
5. Voeg na dit half uur de doperwten en de mais toe.
6. Proef even of er nog wat zout toegevoegd moet worden. Laat dit nog vijftien minuten doorwarmen.
7. Draai het vuur uit en bestrooi het gerecht met peterselie, voordat je dit op tafel zet.

Vlees stomen
In Mexico was het stomen van vlees een methode die al vroeg werd gebruikt. Men verpakte het vlees in bladeren van de bananenplant en liet dit uren garen in kokend water. Mexicanen aten weinig vlees totdat de Spanjaarden vlees en zuivelproducten bij hen introduceerden. Deze stoofschotel is dus ontstaan na 1520, in de koloniale periode waarin de Spanjaarden planten en dieren naar Mexico transporteerden die daar onbekend waren. Hieronder bevonden zich runderen, varkens, schapen, geiten, kippen en olijfolie, kaneel, peterselie, zwarte peper, rijst, aardappelen en wortelen. Koken is belangrijk voor de Mexicanen. In vroegere tijden werd een meisje rijp voor het huwelijk geacht wanneer ze in staat was een behoorlijke maaltijd op tafel te zetten. Sinds 2010 staat de Mexicaanse keuken op de lijst immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid van UNESCO.

Chilipepers
Mais, bonen, tomaten en chilipepers zijn inheemse groenten die van oudsher gebruikt worden in de Mexicaanse keuken. Waarschijnlijk werd rond 7000 voor Christus door de Mexicanen al wilde chilipepers gegeten. De chilipeper was belangrijk voor de Mexicanen. Ze aten dit niet alleen, maar gebruikte dit ook bij rituelen en als medicijn. Bartolomé de las Casas (Spaanse bisschop van Chiapas) schreef reeds in de zestiende eeuw dat de Mexicanen geen maaltijd zonder chilipepers nuttigden.